Een KNV-bestuurder zet zich altijd ook in als hulpverlener
Naast het bestuurlijke werk zet ik mij bij plaatselijke evenementen in als gediplomeerd EHBO-er. Een nuttige bezigheid voor de plaatselijke samenleving maar ook om een beter zicht te krijgen waar een EHBO-er mee te maken krijgt bij een inzet.
Afgelopen wekeinde was ik samen met andere leden van de EHBO-afdeling aanwezig bij een kleinschalig evenement. Je komt vroeg, zo rond acht uur ’s avonds, en gaat pas weg nadat het feestje (“waar is dat feestje, daar is dat feestje”) in de kleine uurtjes over is. De letsels vallen gelukkig meestal mee. De logistieke voorzieningen waren op orde: een eigen ruimte met stromend water, toilet en een koelkast naast een tafel en stoelen. Een goede samenwerking met de mensen van de beveiliging.
De jeugd wordt bij de entree gevraagd en gecontroleerd of hij/zij 18 jaar of ouder zijn en krijgt dan een polsbandje. Eerst dan mag aan hen alcoholhoudende drank worden verkocht. Wat opvalt, is dat ondanks deze regelgeving een aantal aanwezigen die jonger zijn dan 18 jaar toch na enige tijd verschijnselen vertonen die lijken te duiden op het gebruik van genotsmiddelen, lees biertjes of een mix van cola en Bacardi. Hier speelt hetzelfde probleem als bij supermarkten. De controle intern is prima op orde, daarna uit het zicht herneemt het leven zijn eigen weg. Daar moeten we “nuchter” mee omgaan. Voor de EHBO-er ligt hier niet de taak te preken – we zijn allemaal op enig moment jong geweest – maar wel de zorg goed op te letten en te voorkomen dat het verkeerd gaat. Stilletjes in een hoek zitten, misselijk worden en overgeven en het risico van onderuit gaan met letsel tot gevolg. Geen EHBO-taak in strikt-medische zin maar toch een wezenlijk onderdeel van de taak van een EHBO-er. Narigheid voorkomen is altijd beter dan achteraf de gevolgen letterlijk te moeten pleisteren of meer. En als u EHBO-er zich in afdelingsverband inzet: altijd de AED mee of – indien daar aanwezig – onder handbereik hebben.
Rest mij u een ontspannende en probleemloze vakantie toe te wensen.
Bart van Walderveen