In de afgelopen weken heb ik naast mijn bestuurlijke werkzaamheden ook het echte EHBO-werk weer gedaan. Als lid van een afdeling word je met regelmaat benaderd door de coördinator hulpverlening of je een paar uurtjes vrij hebt om bij een evenement aanwezig te zijn. Uiteraard zichtbaar, dat wil zeggen herkenbaar gekleed in het blauw en geel van onze vereniging, aanwezig. Koningsdag, een plaatselijke feestweek, een voetbaltoernooi voor de jeugd, de avondvierdaagse. Kortom, evenementen die elk jaar op de agenda staan bij elke afdeling.

Wat mij opvalt – en dat zal bij u waarschijnlijk niet veel anders zijn – is dat sprake is van een kleine groep getrouwen die bij voortduring bereid zijn om als hulpverlener op pad te gaan. Los van het feit dat ik vind dat een lid van een afdeling ook de bereidheid hoort te hebben om zich in te zetten, komt de vraag op hoe we als vereniging, plaatselijk en landelijk, met deze veldwerkers moeten omgaan. Op mensen die bereid zijn hun vrije tijd op deze wijze in te vullen moeten we zuinig zijn en de waardering die wij terecht voor hen koesteren tastbaar maken. Hoe doet u dat als afdelingsbestuurder?

Ik noem als mogelijkheden belonen in geld, een bloemetje, in het zonnetje zetten op de algemene ledenvergadering, iets extra aan het eind van het seizoen speciaal voor deze actieve leden (BBQ).

Vraag: laat u de inzet meewegen als het gaat om de competenties van de betrokken leden? Daar valt veel voor te zeggen.

Belangrijk vind ik zelf dat u vastlegt op wie u kunt rekenen en hen passende positieve aandacht geeft. Die leden moeten we landelijk en lokaal waarderen en dat ook tonen. Daarbij geldt dat zij naar de directe omgeving ons visitekaartje zijn en tonen wat een EHBO-er is en kan!

Bart van Walderveen